Privacy wetgeving.

De privacywetgeving en de privacy zoals de Autoriteit Persoonsgegevens die meent te moeten beschermen is voor mij en veel andere mensen een lastig te volgen onderwerp. Maar over een ding zijn we het allemaal eens, ook de autoriteit. Als onze telefoongesprekken worden afgeluisterd of als iemand een afluisterapparaat plaatst in onze huiskamer of ons kantoor dan is dat een ernstige aantasting van de privacy.
In artikel 17 van het VN–verdrag voor Burgerlijke en Politieke rechten uit 1966 staat:

1. Niemand mag worden onderworpen aan willekeurige of onwettige inmenging in zijn privéleven, zijn gezinsleven, zijn huis en zijn briefwisseling, noch aan onwettige aantasting van zijn eer en goede naam.
2. Een ieder heeft recht op bescherming door de wet tegen zodanige inmenging of aantasting.

Artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens betreft het recht op eerbiediging van privé familie- en gezinsleven
 1. Een ieder heeft het recht op respect voor zijn privé leven, zijn familie- en gezinsleven, zijn woning en zijn correspondentie.
 2. Geen inmenging van enig openbaar gezag is toegestaan in de uitoefening van dit recht, dan voor zover bij wet is voorzien en in een democratische samenleving noodzakelijk is in het belang van de nationale veiligheid, de openbare veiligheid of het economisch welzijn van het land, het voorkomen van wanordelijkheden en strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen.

Het VN artikel is wat duidelijker dan het Europese, vooral waar het de draagwijdte van de uitzonderingen betreft, maar zoveel is wel duidelijk, dat de politie onrechtmatig handelt als die, zoals in de zaak Van Rey, iemand afluistert zonder een behoorlijke op de wet berustende toestemming van een rechter.
Dat doen ze ook niet, denkt U dan. De rechercheurs hebben daar een bevel van de officier voor en toestemming van de rechter commissaris. Dat staat in 126m Strafvordering en daar is een ernstige verdenking van een zwaar strafbaar feit voor nodig.
Nu, ik kan U uit mijn eigen ervaring in de advocatuur verzekeren dat er regelmatig wordt afgeluisterd zonder dat er een officier aan te pas komt en dan voor verdenkingen van concrete strafbare feiten die pas ontstaan nadat er afgeluisterd is. En niet alleen de telefoons van mensen tegen wie een vage verdenking bestaat worden afgeluisterd, regelmatig ook die van strafadvocaten en vaak buiten voorkennis van officieren en r.c.’ s
Een buitenlandse cliënt van me leverde indertijd afluisterapparatuur aan Nederlandse opsporingsambtenaren waarvoor betaald werd buiten het officiële budget van de betrokken opsporingsdienst. Ik heb dat indertijd nagetrokken toen ik een keer merkte dat de politie over informatie beschikte die ze alleen kon hebben verkregen door het tappen van mijn telefoon. Dat een rechter commissaris toestemming zou geven voor het aftappen van mijn telefoon leek mij erg onwaarschijnlijk en het was ook niet zo. Het gebeurde dus volkomen illegaal en buiten iedere in de wet voorziene controle om.
Het is zo evident in strijd met het lawyer cliënt privilege, dat men in andere landen niet op het idee komt dat dit geoorloofd zou kunnen zijn en dat is het dan ook niet, n’en déplaise à de Haagse president in zijn vonnis in kort geding van 15 maart 2005, zie http://juridischdagblad.nl/index2.php?option=com_content&do_pdf=1&id=1080

Over akasdorp

gepensioneerd advocaat
Dit bericht werd geplaatst in overheid, recht, strafrecht en criminologie. Bookmark de permalink .