Daniel Cohn-Bendit en Guy Verhofstadt.

Over de ideeën van Daniel Cohn-Bendit en Guy Verhofstadt schreef ik ooit een tamelijk uitgebreid commentaar. Later stond er ook in de NRC er een halve pagina over en ook de Volkskrant heeft er aandacht aan besteed.

Wat mij  op 2 oktober 2012 zo baasde is dat beide kranten dat kritiekloos deden, terwijl ze in het algemeen klaar staan om over alles een contraire mening te hebben en niemand te laten wegkomen met wat aantoonbare onzin is.

Europa is een dichtbevolkt werelddeel en in dat werelddeel zijn Nederland en België extra dichtbevolkt. Het is daarom een gunstige ontwikkeling dat het kinderaantal afneemt, wat dan weer tot tijdelijk gevolg heeft dat de demografische opbouw minder piramidaal wordt. Dat wordt gecamoufleerd door de excessieve immigratie van de laatste decennia die ook om die reden als een ongelukkige politieke ontwikkeling moet worden beschouwd.

Maar om te suggereren dat een bevolkingsgroei als bijvoorbeeld in de Arabische landen plaats vindt ook voor ons gunstig zou zijn is geen verdedigbare stelling.

Ik weet dat men in het Europese parlement de lente revoluties in die landen als een uiting van opbloeiende democratie heeft gezien, maar gelukkig komt men sinds de opstand in Syrië en het tijdelijke bewind van de moslimbroederschap in Egypte wat op dat enthousiasme terug.

Het manifest uit Brussel is een lange aanklacht tegen de lidstaten die verantwoordelijk worden gehouden voor het debacle van de eurocrisis. Wat de beide heren bedoelen is dat Griekenland en Zuid Italië gewoon zijn doorgegaan met hun corrupte praktijken, terwijl men in Brussel had gedacht dat ze zich wel zouden aanpassen aan de meer gedisciplineerde overheidshuishoudingen van de landen ten Noorden van België. Buurland Frankrijk heeft, van de zestien jaar dat we nu de euro hebben, al 11 jaar een te hoog begrotingstekort.

Die roekeloze verwachting van Brussel is niet uitgekomen en daarvoor kan men inderdaad verwijten maken richting Zuidelijke landen. Maar dat is toch ook de richting van politici als Cohn-Bendit en Verhofstadt, die de invoering van de Euro hebben gesteund in een Eurozone waar Griekenlandachtigen, zoals Frankrijk deel van uit maakten?

Hoe kan een parlement en hoe kunnen politici die zich zelf democratisch noemen nu een federalisering van Europa bepleiten terwijl steeds opnieuw blijkt dat de bevolking van de Europese landen daar geen zin in heeft? Moet het kwaadschiks als het niet goedschiks kan[1]? Moeten we werkelijk onze toekomst toevertrouwen aan mensen als Guy Verhofstadt en Daniel Cohn-Bendit die in volle ernst beweren dat Spanje en Griekenland hun vroegere welvaart aan het bestaan van de euro te danken hebben en hun werkeloosheid aan de onwil van de Noordelijke landen om nog langer mee te werken aan het Zuidelijke potverteren?

Het is toch evident dat de euro de oorzaak is van de vijftig procent jeugdwerkloosheid die ze daar hebben? Natuurlijk moet er wel wat gedaan worden aan de organisatie van de Europese samenwerking. Om te beginnen het opruimen van een schijndemocratie in Brussel en het op poten zetten van een efficiëntere en nuchterder vorm van Europese coöperatie.

Het is voor iedereen duidelijk dat de landen die dat kunnen een gemeenschappelijke munt zullen behouden waarbij het irrelevant is of we die nu Euro of D-Mark noemen. Het is ook duidelijk dat niemand de samenwerking in Europa op wil geven, maar wel het inefficiënte en overbodige Brusselse apparaat dat politici als deze twee weet te produceren en als de Luxemburger Juncker die het varken Frankrijk voor more equal houdt dan andere dieren.

[1] Voor Cohn Bendit, een van de oude maatjes van Baader en van Meinhof , zou het niet de eerste keer zijn dat hij de gewelddadige weg bewandelde. Ik citeer uit een biografie die U op het internet kunt vinden als U zijn naam intikt.

Er war einer der Gründer der Gruppe “Revolutionären Kampf“, eine Studentengruppe, die versuchte mit Arbeitern und Lehrlingen zusammenzuarbeiten. Er wirkte bei verschiedenen Hausbesetzungen mit, um gegen die Wohnraumzerstörung zu protestieren. Zusätzlich war er auch Gründer des Magazins “Pflasterstrand” (nach dem Slogan der 68er-Revolte: “Unter dem Pflaster liegt der Strand”). Vanuit die vindplaats kunt U verder zoeken. Doen, het is de moeite waard.

Over akasdorp

gepensioneerd advocaat
Dit bericht werd geplaatst in geschiedenis, wetenschap en filosofie. Bookmark de permalink .