Lanting van de Volkskrant.

Bert Lanting vroeg zich drie jaar geleden[1] af of de democratie wortel kon schieten in de Libische bodem. Hij gaf op die aan zich zelf gestelde vraag een bevestigend antwoord. Het lijkt erop, meende hij, dat de Arabische lente juist in Libië haar  rijpste vruchten heeft voortgebracht. Dat leek met name zo, meende hij, omdat het land, door de keuze van de in Amerika opgeleide Jabril en diens liberale alliantie, eendrachtig een gematigd geluid heeft laten horen. De Islamisten hadden maar een hand vol stemmen gekregen en dat gold ook voor de Federalisten die zelfstandigheid wilden voor het Oosten van het land. Dat leek hem een gunstig teken voor de democratie in Libië.

Misschien was het toen verstandig geweest van de Volkskrant om de mensen van het Strafhof in Den Haag eens te interviewen, die in Libië waren vastgehouden op verdenking van spionage, voor de krant zijn optimistische oordeel over de democratische ontwikkelingen in Libië en andere Arabische landen ten beste gaf.

Het was meen ik dezelfde Lanting die de Egyptische rechters veroordeelde en de kwaliteit van hun uitspraken in twijfel trok omdat ze indertijd nog door Moebarak waren benoemd. Iedereen die een hoge functie heeft in Egypte was tot een jaar eerder door Moebarak benoemd. Die man is anderhalve generatie aan de macht geweest is Egypte, dan krijg je dat.

Karin Spaink heeft eens de moeite genomen na te gaan hoe Lanting aan zijn gegevens komt als hij zijn stukken schrijft. U kunt haar verhaal op het internet vinden als U Lanting googelt[2]. In het geval dat zij had uitgezocht ging het om een artikel over Ritalin, maar of Lanting over democratie schrijft of over medicijnen dat maakt weinig verschil. Hij heeft vooropgezette ideeën en pleegt geen grondig onderzoek voor hij wat op papier zet. Hij vindt het met name niet nodig om de feiten die hij uit de ene bron haalt door het gebruik van andere bronnen te checken. Misschien dat hij Joris Luyendijk eens vragen kan hoe betrouwbaar bronnen zijn in dat soort landen. Die heeft er gewoond en hij spreekt de taal. Dat doet Lanting voor zover ik weet niet.

Waarom denkt hij dat de verkiezingen in Libië wel eerlijk zijn verlopen? Omdat ze een uitslag hebben die hem bevalt? Omdat de man die met grote meerderheid is gekozen een opleiding in Amerika heeft gehad? Denkt hij dat er een reden is om aan te nemen dat de bevolking van Libië een haar beter of anders is dan die van Egypte? Of die van Algerije of van Jemen?

Het optimisme over de Arabische lente sloeg nergens op en de voorkeur die mensen als Lanting hebben voor de opstandelingen in Egypte, Libië en Syrië bewijst alleen hun onkunde als het om het Midden Oosten gaat. In de Arabische landen is het altijd een kwestie van kiezen voor het minste kwaad. Dat minste kwaad was tot voor kort Moebarak in Egypte en in Syrië is het Bashar al Assad. Dat Chadaffi het minste kwaad was in Libië zou ik niet durven zeggen , want die man was zo gek als een kwartje en dan weet je nooit wat mensen uit kunnen halen. Maar dat de tegenwoordige machthebbers veel beter zijn lijkt mij onwaarschijnlijk. Regimes van fatsoenlijke mensen houden het in de Arabische landen nooit lang uit.

Maar hoe het met de democratie en de rechtsstaat is gesteld in Libië kunnen we straks toetsen als Saif al Islam, de zoon en gedoodverfde opvolger van de oude dictator berecht wordt, als het daar van komt. Ik ben benieuw wat Lanting daarover schrijven gaat.

 

 

[1] in de Volkskrant van vrijdag 13 juli 2012

[2] http://www.spaink.net/2001/03/05/leugens-over-ritalin/

Over akasdorp

gepensioneerd advocaat
Dit bericht werd geplaatst in zo maar wat. Bookmark de permalink .