De gamma canon.

Weet U wat een gammacanon is? Ik wist het eerst ook niet, maar de Volkskrant heeft het ons geleerd. Vanaf het begin van 2010 publiceerde de krant een tijdlang wekelijks artikeltjes in het wetenschapskatern over een van de vele sociale wetenschappen die we tegenwoordig rijk zijn en toen dat project aan het einde van het jaar af was, hadden we een gammacanon. De directeur van het Centraal Cultureel Planbureau[1] hield toezicht op het project.
Op 26/6/10 was er een cultuurhistoricus die iets schreef over nationalisme en over de verschillende betekenissen waarin die term tegenwoordig wordt gebruikt. Het had volgens hem te maken met de identiteit en met het onderscheid tussen ethnos en demos. Sinds de Amerikaanse en Franse revoluties had de demos ( het volk in staatkundige zin) zich geïdentificeerd met de staat en was geschiedenis iets geworden als het verhaal van de ethnos ( het volk in culturele zin) en lijken die twee oorspronkelijke Griekse begrippen in de gedachten van de mensen steeds meer samen te gaan vallen. Sinds de eerste wereldoorlog meent ieder volk recht te hebben op zijn eigen staatkundige vormgeving, iets waar in de praktijk niet altijd wat van terecht komt. Dit is de korte samenvatting, maar zoekt U het zelf op, als U geïnteresseerd bent.
Wat ik aardig vond in het artikel, maar wat alleen terloops werd vermeld, is de rol van de massamedia bij het in stand houden van een natie. In feite, was de stelling van de auteur, kan een gemeenschap alleen bestaan tussen mensen die elkaar min of meer kennen en daarvoor zijn de moderne naties veel te groot. Maar de massamedia creëren een virtuele gemeenschap waaraan de gevoelens van het volk dat de natie vormt aan kunnen worden opgehangen. Interessant idee, maar het zou wat verdere uitwerking kunnen gebruiken.
Het lijkt me waarschijnlijk dat Schnabel en andere culturele planners een gemis voelden toen de bèta canon en de historische canon een paar jaar eerder zoveel opgang maakten en dat zij meenden niet achter te kunnen blijven. Het begrip canon is op te vatten als de basiskennis van een wetenschap die een goed opgevoed mens hoort te bezitten om mee te kunnen praten. Voor de bètacanon is dat inderdaad een echt probleem. Veel mensen, ook in hoge functies, weten er helemaal niets van en een canon voorziet op dat gebied dus in een reëel gemis.
Bèta kennis is noodzakelijk voor het voortbestaan van de samenleving. Als het belang ervan niet wordt gezien en gedragen door de ontwikkelde leek dan worden bijvoorbeeld op het terrein van de onderwijspolitiek of meer algemeen bij de overheidsinvesteringen waarschijnlijk verkeerde beslissingen genomen. Het is goed dat met canons en andere middelen draagvlak wordt gecreëerd voor het beleid van de samenleving ten aanzien van de wetenschap. Voor alfawetenschappen zoals de talen, de filosofie, het recht en andere klassieke wetenschappelijke faculteiten geldt dat veel minder. De beleid makende kringen zijn er veel beter van op de hoogte, omdat ze het als regel zelf hebben gestudeerd maar vooral ook omdat er in de kranten en tijdschriften die ze lezen veel meer over wordt gepubliceerd. Maar ze zijn van minder direct belang voor het overleven van de natie.
Als het gemiddelde Kamerlid of de gemiddelde journalist van de media niets van bètawetenschappen weet, dan heeft dat meteen kwalijke gevolgen voor besluiten of er wel of geen nieuwe kerncentrales of windmolens moeten worden gebouwd. Weten we niets van de geschiedenis van Nederland en Europa, dan staat dat vooral dom. Het te voeren beleid wordt er meestal niet beter of slechter door. Op grond van de meest grondige kennis van de geschiedenis valt niet te bewijzen dat het ene beleid beter is dan het andere en dat ligt met bèta kennis nu eenmaal anders.
Maar nu de gammawetenschappen. Ze overlappen voor een deel de alfawetenschappen, zoals blijkt uit de canonbijdrage waaraan hierboven werd gerefereerd. Culturele geschiedenis heeft één been in de alfawetenschap en het andere in de gammawetenschappen van sociologie en culturele antropologie. Het is begrijpelijk dat de gammawetenschappen het in hun canon willen straks, want het geeft hun meer substance. Maar heeft het nut en zo ja wat is dat nut dan?
Voor veel mensen is praten over het nut van wetenschappen een ongeoorloofde discussie. Wetenschappen zijn er, net als kunst of sport. Je moet ervan genieten en je niet afvragen waar het voor dient. Ik vind dat best een pleitbaar standpunt, maar de noodzaak van een canon kun je er moeilijk mee aantonen. Bovendien, valt er wel wat te genieten bij de gammawetenschappen? Heeft er ooit een socioloog iets ontdekt waar hij van dacht: hé, dat is nu aardig! Dat wist ik niet of ik dacht dat het heel anders zat! Het kan dat er zulke sociologische ontdekkingen zijn geweest en dat er sociologen zijn die hun vak met genoegen beoefenen. Maar daar zou je dan van willen horen. De sociologische ontdekkingen of vondsten van andere gammawetenschappen die de wereld veranderd hebben en waar we niet zonder kunnen, die zouden dan in de gammacanon moeten zodat we daar allemaal beter van zouden worden Maar zijn ze er ook?
________________________________________

[1] Het Centraal Planbureau is gesticht in 1947. Het is een onderzoek- en rekencentrum dat de regering moet kunnen adviseren op het terrein van de economische politiek. Het stelt prognoses op door gebruikmaking van economische modellen. Belangrijke publicaties van het CPB zijn de Macro-economische Verkenningen. Het werk van het CPB bestaat uit het maken van onafhankelijke prognoses en analyses, die wetenschappelijk verantwoord en up-to-date zijn.
Belanghebbenden bij het werk van het CPB zijn: regering, parlement en andere maatschappelijke organisaties zoals politieke partijen, vakbonden en werkgeversorganisaties.
Het Centraal Cultureel Planbureau wordt geacht soortgelijke werkzaamheden te verrichten, maar dan op het terrein van de gammawetenschappen.

Over akasdorp

gepensioneerd advocaat
Dit bericht werd geplaatst in Geen categorie. Bookmark de permalink .