Aspecten van het strafrecht.

Strafrecht is het oudste deel van het recht en een van de oudste overheidsactiviteiten überhaupt. In het oude testament en in de wetboeken die we kennen uit de beschavingen  in het Midden Oosten wordt het rechtspreken als een van de primaire taken van de koning beschouwd. Hij verdedigt het land, beschermt de weduwen en wezen en hij spreekt recht.

Geen samenleving lijkt zonder een vorm van strafrecht te kunnen. De belangrijkste normen en waarden van de samenleving worden ermee gehandhaafd en de interne vrede is ervan afhankelijk.

In Frankrijk, maar in veel mindere mate in ons land, was vóór de Franse revolutie het strafrecht nogal eenzijdig. De belangen van de verdachte waren volkomen ondergeschikt aan die van de samenleving. Dat gold met name voor leden van de derde stand, de gewone burgers, die geen enkele bescherming genoten tegen de overheid en tegen de hogere standen. Die begrippen, overheid en hogere standen vielen tot op grote hoogte samen. Maar in de periode vóór de revolutie was daar al volop verandering in het komen. De koning en zijn hof hadden meer macht naar zich toegetrokken en de macht van de standen nam af.

Louis XIV kon al zeggen l’état, c’est moi. Van daar naar een staat zoals we die tegenwoordig kennen, een staat precies zoals die van Louis, maar dan zonder koning is dan nog maar één stap, of een klap van de guillotine.

De revolutie en de nieuwe grondwet brachten veel veranderingen en formaliseerden veel andere veranderingen die praktisch al hadden plaats gevonden maar in instellingen die nog de uiterlijke vorm hadden van het ancien régime. Dat was  onder andere het geval in het strafrecht. De vlinder van een verlichte samenleving barste na de revolutie uit de cocon van allerlei oude vormen. De burgerlijke staat naar het voorbeeld van de jonge Verenigde Staten kreeg in de revolutie haar beslag. Niet geleidelijk zoals in Engeland, maar in een klap.

Het onnodige geweld dat daarbij werd aangewend en dat het leven heeft gekost aan tienduizenden leden van de twee bevoorrechte standen, die eigenlijk al eerder van hun macht beroofd waren, heeft een smet achtergelaten op het Frankrijk van de nieuwe tijd. Er ontstond een tegenstelling tussen republikeinen en royalisten en later tussen progressieven en conservatieven, die Frankrijk eigenlijk nooit meer helemaal te boven is gekomen. Frankrijk was in de tijd van de revolutie het grootste en het machtigste land van Europa. Het had meer inwoners dan Rusland of Italië en een veel grotere economie dan Engeland of de Republiek. Wat in Frankrijk gebeurde had haar weerslag elders in Europa en dan gold ook voor het strafrecht.

Sinds de Franse revolutie hinkt het strafrecht, dat in de revolutionaire periode naar elders werd geëxporteerd op twee gedachten. Aan de ene  kant beschermt het nog steeds de samenleving tegen delinquenten, of beoogt het dat te doen, maar daarnaast en daarboven beschermt het de burger tegen willekeur van de overheid. Dat was dan vooral die overheid die er eigenlijk al niet meer was, de overheid van de hogere standen. En de burgers, die daartegen beschermd moesten worden ,waren intussen zelf de baas geworden in de staat.

Over akasdorp

gepensioneerd advocaat
Dit bericht werd geplaatst in Geen categorie. Bookmark de permalink .