Burgemeester Wolfsen van Utrecht had de publicatie van een artikel in een buurtkrant proberen tegen te houden[1]waarin zijn integriteit in twijfel werd getrokken. Zoals hij later in een persconferentie meedeelde ging het om uitstel van een week, niet om blokkering van het artikel of om censuur. Hij meende dat in het artikel niet met alle feiten rekening werd gehouden. Over de bestuursrechtskundige hoogleraar (emeritus) Twan Tak die de zaak had aangezwengeld liet de burgemeester zich nogal laatdunkend uit.
Dat laatste leek me niet erg verstandig. In een zaak als deze beperkt men zich tot de feiten. Kwalificaties van tegenstanders kun je beter aan derden overlaten. Censuur in de vorm van een publicatieverbod of een feitelijk ingrijpen van de overheid waardoor publicatie wordt voorkomen ook als dat alleen maar uitstel zou betekenen, is exact datgene waartegen artikel 7(1) van de grondwet is gericht. Alleen als publicatie in strijd met de wet was geweest had de overheid kunnen ingrijpen. Maar ook dan niet op de manier waarvoor de burgemeester koos. Een kort geding was in dat geval de aangewezen weg geweest. Via de uitgever en buiten medeweten van de hoofdredacteur het artikel laten verwijderen is evident in strijd met de wet. De wet geeft burgemeesters deze bevoegdheid niet en daarnaast is het ook politiek zo onverstandig dat men zich nauwelijks kan voorstellen dat een oude rot als Aleid Wolfsen zoiets doet.
Van de andere kant had hij van dichtbij kunnen zien hoe het de burgemeester van Den Helder is gegaan in een soortgelijke zaak, waarin die naar eigen zeggen evenmin als Wolfsen zware fouten had begaan. Toen in Engeland premier Blair door de BBC werd beticht van liegen in de Irak affaire werd een Law Lord belast met een onderzoek naar de beschuldiging. Het medium werd door de rechter in het ongelijk gesteld. Hij merkte in de motivering van zijn oordeel op dat het de taak is van de publiciteit om politici van dichtbij te volgen, omdat zij namens het publiek een controleplicht jegens de overheid hebben, maar dat daarbij wel de uiterste zorgvuldigheid in acht moet worden genomen, een zorgvuldigheid die met name hierin tot uiting hoort te komen dat de media een intern controlesysteem hebben voor alle berichten die kritiek op de politiek inhouden.
Dat zou zeker ook in een land als Nederland horen te gelden, waar net als in het V.K. parlementsmeerderheid en regering onder een deken slapen. De integriteit van politici kan men maar een keer aantasten. Er blijft altijd iets van hangen en bovendien: de politicus is meestal niet in de gelegenheid om de eigen kant van de zaak voldoende helder over het voetlicht te krijgen als hij een conflict heeft met de media. Daarom vond de rechter dat de BBC een goed werkend intern controlesysteem had horen te hebben en dat hadden ze niet meer. Vroeger wel gehad overigens, maar wegbezuinigd.
Wolfsen had met andere woorden wel redenen om zich ongerust te maken en het is niet uit te sluiten dat het huis aan huis blad zorgvuldiger had moeten zijn, net als de BBC. Maar hoe dan ook, de uitgever bewegen een artikel niet te plaatsen buiten de redactie om was meer dan onverstandig, dat was schenden van de grondwet, iets wat een burgemeester in een rechtsstaat duurder te staan had horen te komen dan hier het geval is geweest.
________________________________________
[1] Van der Horst ( de hoofdredacteur) en Wolfsen hadden uitputtend overleg gehad over een artikel over de pensionkostenvergoeding van de burgemeester . Dit is een vergoeding voor woonkosten die burgemeesters maken die nog niet in de plaats wonen waar ze werken. In het artikel waar de buurtkrant zijn informatie uit haalde stelt bestuursrechtskundige Twan Tak dat Wolfsen een deel van zijn pensionkostenvergoeding ten onrechte heeft ontvangen. Formeel leek dat juist te zijn, maar het ministerie van BiZa vond het redelijk, zei Wolfson. Volgens Van der Horst heeft Wolfsen het artikel ingezien en maakte hij op eigen initiatief bezwaar tegen plaatsing. „Hij vond het stuk pertinent onjuist en vreesde bovendien imagoschade.”
De gesprekken over het bericht dat afkomstig was van freelancer Wouter de Heus verliepen volgens de hoofdredacteur van Ons Utrecht uitermate onplezierig. „Wolfsen zei dat het grote gevolgen zou kunnen hebben voor de krant als we toch zouden doorzetten.” Van der Horst legde uit dat Ons Utrecht de gemeenteberichten van Utrecht afdrukt. „Wolfsen zei niet letterlijk dat hij deze pagina’s zou terugtrekken, maar ik vind dat het riekte naar chantage en omkoperij”, aldus de hoofdredacteur.
Van der Horst bleef bij zijn standpunt dat zijn artikel evenwichtig was. Achteraf werd het de redactie pas duidelijk dat de editie herdrukt is zonder het gewraakte artikel. „Wolfsen heeft blijkbaar contact gehad met onze uitgever Uitgeverij Holland Combinatie. Zij hebben zonder mijn medeweten opdracht gegeven 120.000 nieuwe exemplaren van Ons Utrecht laten drukken zonder het bewuste artikel.” Van der Horst vond dat daarmee de persvrijheid ernstig was geschaad. „Ik ben boos en teleurgesteld.”
Volgens burgemeester Aleid Wolfsen heeft zijn bemoeienis met een editie van de huis-aan-huiskrant Ons Utrecht niets met beperking van persvrijheid te maken. „Ik heb alleen maar gevraagd aan de betrokkenen of zij nog eens naar de feiten wilden kijken.” Wolfsen ontkent dat hij de journalist, hoofdredacteur of de uitgever onder druk heeft gezet. „Maar als een journalist zo vrijmoedig mijn integriteit in twijfel trekt dan kan ik niet anders doen dan de telefoon te pakken. Dat ben ik aan mijn eigen geweten verplicht.” (weblog)